Font biggerFontEmptyLanguage NetherlandsTaal Engels
Laatst bijgewerkt op: 16-10-2010

John Althuizen in Germany before crossing the Rhine Germany. Collectie Niek Hendrix

Tijdens de oorlog was de nu 85-jarige John Althuizen, beter bekend als Johnnie the Dutchman. John groeide op in Deurne, een klein dorpje in het zuiden van Nederland. Tijdens de Duitse bezetting van Nederland, was John net als vele anderen gedwongen om onder te duiken, omdat het Duitse leger op zoek was naar mannen die verplicht waren te gaan werken in Duitsland. Terwijl hij ondergedoken zat, werkte hij als koerier van boodschappen voor het verzet. Toen de Amerikaanse 7de Pantserdivisie Deurne bevrijdde in oktober 1944, besloot hij mee te gaan. De commandant van het 23ste Pantserinfanterie Bataljon stond er echter op dat hij  eerst een briefje moest hebben van zijn ouders met een handtekening voordat hij zich bij hen kon voegen. Zijn ouders stemden uiteindelijk toe en dachten, hij zal spoedig spijt krijgen en terug komen. Maar ze vergisten zich, John, oftewel Johnnie the Dutchman zoals  zijn collega-soldaten hem noemden, ging mee en kwam niet terug, althans niet voor een hele lange tijd. John was vervolgens betrokken bij de "Slag in de Peel", zijn eenheid was betrokken bij gevechten in Liessel, Griendtsveen, Asten en Meijel. Na deze slag werd zijn eenheid verplaatst naar het zuiden van Nederland om uit te rusten. Nieuwe vervangers van de gesneuvelden kwamen binnen en er was tijd om te trainen en te ontspannen. Maar op de 16e december 1944, ontketende het Duitse leger een enorme aanval in de richting van Antwerpen, dat van vitaal belang was voor de logistiek van het geallieerde leger. Later werd de aanval bekend als "The Battle of the Bulge". Het 23ste Armored Infantry was betrokken in een heftige strijd onder de meest zware omstandigheden. Medesoldaten probeerden John altijd zo goed mogelijk uit de wind te houden. Op een gegeven moment werden alle buitenlandse vrijwilligers naar huis gestuurd, want er waren Duitse soldaten die zich als Amerikaanse soldaten voordeden om de lijnen te infiltreren. maar niet Johnnie, hij mocht bij zijn eenheid blijven. John raakte gewond aan zijn hand door granaatscherven en hij had lichte bevriezingsverschijnselen aan zijn voeten. Hij werd naar een hospitaal in Luik gebracht, waarna hij terug keerde naar zijn eenheid, company B, die zich toen inmiddels bevond in Henri-Chapelle (België). Nadat de slag was gewonnen, werden ze verplaatst naar Duitsland, waar John en zijn vrienden in gevecht waren in Konzen.

John Althuizen  before he joined the 23rd AIB 7AD in Deurne. Collectie Niek Hendrix

Hij vocht met zijn eenheid voor en na het oversteken van de Rijn en liep meerdere wonden op. John zat op een tank met zijn hond toen een granaat in de buurt insloeg en hij geraakt werd. Dit gebeurde op 12 april 1945, de dag dat president Roosevelt stierf, tijdens de gevechten in de Ruhrpocket Colmar, en John werd geëvacueerd naar een ziekenhuis in Parijs. Nadat de oorlog was afgelopen keerde hij terug in zijn outfit in Halle, Duitsland en bleef achter als tolk bij het 12e Constabulary Squadron nadat de 7e Pantserdivisie overgebracht was naar huis. Hij kreeg daarna een visum en reisde naar de Verenigde Staten in december 1946 en kwam terecht in San Francisco, waar hij werkte als accountant en landschaps-architectuur studeerde. Hij startte daarna zijn eigen bedrijf als landschapsarchitect en woont nog steeds in Novato, Californië met zijn vrouw Jeanne, kinderen en kleinkinderen.

In september 2010 bezochten hij en zijn vrouw Jeanne de Shermantank in Sambeek die nu wordt gerestaureerd. Zij waren de eerste leden van de 7e Pantserdivisie Associatie die de tank en het werk in uitvoering zagen.

John draagt met trots zijn "Purple Heart".

John en Jeanne, bedankt voor jullie vriendschap.

Niek Hendrix

 

Foto's: Niek Hendrix

Klik op foto's om ze te vergroten.
John Althuizen: Het verhaal van Johnnie the Dutchman